Wereldwijd lopen zeker 80 miljoen kinderen het risico om niet gevaccineerd te worden tegen ziektes als mazelen, polio, of cholera als gevolg van de coronacrisis. Die waarschuwing geven de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), Unicef en vaccinorganisatie GAVI.

In zeker 68 landen zijn op dit moment vaccinatieprogramma's gedeeltelijk of helemaal stopgezet, blijkt uit onderzoek van de organisaties. Dat is een groot risico. De gevolgen zijn in sommige landen nu al te merken, zeggen experts tegen de NOS.

Meer kinderen met mazelen

Bijvoorbeeld in Nigeria. "Normaal hadden we in april en mei 36 miljoen kinderen gevaccineerd", vertelt Anis Siddique, die het inentingsprogramma van Unicef in het land coördineert. "Die moeten nu nog wachten, wie weet hoe lang nog."

Vaccineren gebeurt in het land vaak in grote campagnes, waarvoor veel mensen bij elkaar komen. Die zijn voorlopig opgeschort, net als veel programma's waarbij gezondheidswerkers van deur tot deur gaan om kinderen in te enten.

Dat is nu al terug te zien, zegt Siddique. "We zien op dit moment 20 procent meer kinderen met mazelen dan rond dezelfde tijd vorig jaar. Die ziekte is een stille moordenaar: veel kinderen raken erdoor ondervoed en krijgen vitaminetekorten. Dat we nu zoveel extra gevallen zien, is een gevolg van de coronamaatregelen." Zijn zorgen beperken zich niet tot Nigeria: in 27 landen zijn vaccinatieprogramma's tegen mazelen gehinderd of stopgezet.

Daar blijft het niet bij: ook tegen ziektes als gele koorts, cholera, tetanus en polio zijn inentingscampagnes tijdelijk stopgezet. Vooral die laatste ziekte vormt ook in Nigeria een groot risico, vreest Siddique. "Polio komt hier sinds vier jaar niet meer voor, maar wereldwijd is het virus nog niet verdwenen." Er kan nog altijd een uitbraak komen, waarschuwt hij. "Kinderen die niet zijn ingeënt, lopen dan gevaar."

De Nederlandse Maaike Arts, namens Unicef gezondheidsadviseur in Latijns-Amerika, deelt de zorgen. "Laten we zeggen dat het hier drie voor twaalf is," licht ze toe aan de telefoon. "Zodra dat kan, willen we natuurlijk inhaalcampagnes organiseren, vooral bij de meest kwetsbare kinderen. Maar hoe langer we daarmee moeten wachten, hoe groter de kans dat ze in de tussentijd al ziek worden. Dat is echt een reëel risico."

Bovendien is het organiseren van inhaalcampagnes in veel landen niet vanzelfsprekend. Deels door gebrek aan beschermend materiaal voor gezondheidswerkers, en deels omdat het in sommige landen moeilijk is om vaccins op de juiste plekken te krijgen. "Er gaan minder vluchten en ook over de weg is het verkeer vaak beperkt", vertelt Arts. En dat terwijl veel kinderen juist in kleine, lokale gezondheidscentra hun inentingen krijgen.

Onzichtbare slachtoffers

Het transportprobleem blijft Nigeria voorlopig bespaard, vertelt coördinator Siddique. Omdat de bevolking van het land erg kwetsbaar is, heeft hij met voorrang een vaccin-voorraad kunnen inslaan. Siddiques team werkt op dit moment aan een inentingsprogramma met extra veiligheidsmaatregelen, om de mazelenuitbraak in te dammen. "Dat gaan we uitproberen in één staat en hopen we daarna uit te rollen in de rest van het land."

De WHO en Unicef vragen regeringen om inentingsprogramma's op een veilige manier weer te laten plaatsvinden. "Het risico is dat we tientallen jaren vooruitgang in de verspreiding van gevaarlijke ziektes ongedaan maken", waarschuwde WHO-topman Tedros Ghebreyesus. Unicef vraagt landen en andere organisaties ook om extra financiële steun, in aanloop naar een wereldwijde vaccin-top volgende week.

"Natuurlijk moeten we het coronavirus blijven bestrijden, en dat blijven we ook doen", benadrukt gezondheidsadviseur Maaike Arts. Volgens haar zijn er inmiddels veilige manieren om kinderen toch in te enten tegen levensbedreigende ziektes. "We moeten voorkomen dat zij de onzichtbare slachtoffers worden van deze crisis."

Bron